Telemachus

In de poëziereeks Binnenin plaatsen we op donderdagochtend een nieuw gedicht van een Nederlandse of internationale dichter. 
Deze week: Ocean Vuong.



Telemachus


Zoals het een goede zoon betaamt, sleep ik mijn vader 

uit het water, sleur hem aan zijn haar


door wit zand, terwijl zijn knokkels een spoor trekken

dat de golven haastig uitwissen. Omdat de stad


achter het strand niet meer is

waar we haar hebben achtergelaten. Omdat de gebombardeerde


kathedraal nu een kathedraal is

van bomen. Ik kniel naast hem neer om te zien hoe diep


ik zou kunnen zinken. Weet je wie ik ben,

ba? Maar het antwoord blijft uit. Het antwoord


is de schotwond in zijn rug, vol

-gelopen met zeewater. Hij ligt er zo kalm bij


dat hij ieders vader wel kan zijn, gevonden

zoals een groene fles zou kunnen aanspoelen

voor de voeten van een jongen, met daarin een jaar 

dat hij nooit heeft gehaald. Ik raak


zijn oren aan. Vergeefs. Ik draai hem

om. Om hem te zien: de kathedraal


in zijn zee-zwarte ogen. Het gezicht

dat niet van mij is – maar dat ik op zal zetten


om al mijn minnaars voor het slapen gaan te kussen:

zoals ik mijn vaders lippen verzegel


met die van mij & begin

aan het trouwe werk van het verdrinken.


Over de dichter:
Ocean Vuong is de auteur van de bestseller On Earth We’re Briefly Gorgeous (2019)
(door Hollands Diep uitgebracht onder de titel: Op aarde schitteren we even) en de
dichtbundel Night Sky with Exit Wounds (2017), die talloze prijzen in de wacht sleepte,
waaronder de T.S. Eliot Prize. Vuong, geboren in Vietnam en op 2-jarige leeftijd met zijn
ouders naar Amerika geëmigreerd, is als docent creatief schrijven verbonden aan de
Universiteit van Massachusetts Amherst.

Over de vertaler:
Astrid Staartjes, afgestudeerd aan de Gerrit Rietveld Academie en aan de
Vertalersvakschool, is literair vertaler. Haar gedichten en vertalingen van
poëzie van o.a. Paul Auster, Raymond Carver en Derek Walcott verschenen
in Poëziekrant, de Revisor en Tirade.