In een mens
In de poëziereeks Binnenin plaatsen we op donderdag een nieuw gedicht van een Nederlandse of internationale dichter.
Deze week: Steven Van Der Heyden.
In een mens
We zijn gekwelde atomen met een ingebouwd einde
een losse constructie, haarscheuren in ieder van ons
Elke ochtend stellen we ons samen
Op straat stulpen onze maskers uit
klappen daarna terug in
alsof we opnieuw kieuwen ontwikkelen
We zijn een spiegelpaleis
met semi-doorlaatbare wanden
voor idealen en verwachtingen
Achter de uitgesproken woorden
een oerwoud aan gedachten
we zoeken asiel in onze verbeelding
Als gewonde dieren druipen we af
uit een onbeslist gevecht, missen
het instinct om ons niet te snijden
Over de dichter:
Steven Van Der Heyden (Gent, 1974) probeert met zijn gedichten de horizon te verlengen en de bodem uit de dagen
te halen. Hij is een zoeker en in die zin altijd onderweg. Taal kan dan richting geven. Poëzie is zijn manier om een
plek te vinden in een wereld die hem niet helemaal past. Gedichten van hem verschenen in diverse tijdschriften
waaronder Het Gezeefde Gedicht, Meander, De schaal van Digther, Ballustrada, Extaze en Liter. In februari 2020
debuteerde hij bij Uitgeverij P met de duo-bundel Tot ze koud is. Steven is klimaatdichter en redactielid van het
e-zine Roer.land.